Medicijn

Indicatie

Liraglutide (Saxenda®) is geregistreerd voor de behandeling van obesitas of overgewicht. De precieze voorwaarden zijn afhankelijk van de leeftijd.

Bij volwassenen als aanvulling op dieet en verhoogde lichamelijke activiteit:

  • met obesitas (BMI ≥ 30 kg/m2)
  • met overgewicht (BMI van 27 tot 30 kg/m2) en ten minste 1 gewicht-gerelateerde comorbiditeit, zoals DM2, dyslipidemie of hypertensie


Bij adolescenten (≥ 12 jaar) met obesitas (BMI overeenkomend met ≥ 30 kg/m² voor volwassenen) en lichaamsgewicht > 60 kg, als aanvulling op gezonde voeding en verhoogde lichamelijke activiteit (SmPC, 2022).

Liraglutide is daarnaast in lagere dosering geregistreerd voor de behandeling van DM2 bij volwassenen (SmPC, 2022). Wil je meer weten over liraglutide bij DM2? Lees dan de informatie over liraglutide (Victoza®).

Effectiviteit

Het doel van de behandeling van obesitas en overgewicht is verminderen van morbiditeit en mortaliteit, en verbeteren van de kwaliteit van leven. Verandering van leefstijl, zoals gezonde voeding en meer bewegen, is de basis van de behandeling (NHG, 2020).

Wat is het effect op morbiditeit en mortaliteit?

Het effect van liraglutide (3 mg/dag) op cardiovasculaire morbiditeit en mortaliteit bij patiënten met obesitas of overgewicht is niet bekend. Liraglutide (1,8 mg/dag) geeft een lager risico op macrovasculaire complicaties en mortaliteit dan placebo bij patiënten met DM2 en een hoog risico op cardiovasculaire aandoeningen. Dit is onderzocht in de LEADER-studie. Het gemiddelde BMI was 32,5 kg/m2. Wil je meer weten over de effecten van liraglutide (1,8 mg/dag) bij patiënten met DM2? Lees dan de informatie over liraglutide (Victoza®) en de uitgebreide informatie over de cardiovasculaire effecten bij de behandeling van DM2.  

Liraglutide (3 mg/dag) vertraagt bij patiënten met prediabetes de overgang naar DM2. De tijd tot de diagnose is bij liraglutide gemiddeld 99 weken en bij placebo 87 weken. In de groep met liraglutide kreeg 2% van de patiënten de diagnose DM2. Met placebo was dat 6% (LeRoux, 2017). Een kanttekening bij deze studie is dat liraglutide de glucosespiegels verlaagt. Dit bemoeilijkt de diagnose DM2 (Vilsbøll, 2017).

Wat is het effect op lichaamsgewicht?

Liraglutide (3 mg/dag) verlaagt het lichaamsgewicht ten opzichte van placebo. Het EMA concludeert dat de gewichtsafname klinisch relevant is (Assessment Report, 2015). Met een gewichtsverlies van 5 tot 10% is aanzienlijke gezondheidswinst te behalen (NHG, 2020; EMA, 2016). Het percentage patiënten met ten minste 5% gewichtsafname is in registratiestudies 46 tot 64% met liraglutide in vergelijking met 14 tot 27% met placebo. De studieduur varieerde tussen de 32 en 56 weken en alle patiënten kregen leefstijlinterventie. De verschillen tussen liraglutide en placebo zijn statistisch significant (SmPC, 2022).

De gemiddelde gewichtsafname is 7,5 tot 10,8% met liraglutide. Met placebo is dat 2,3%. Het verschil tussen liraglutide en placebo is statistisch significant. Bij mannen en patiënten met DM2 is het gewichtsverlies kleiner dan bij vrouwen en patiënten zonder DM2 (Assessment Report, 2015).

Na ongeveer 40 weken is het effect maximaal. Daarna kan het lichaamsgewicht licht toenemen. Een registratiestudie onderzocht het effect op het gewicht na 1 jaar behandeling. Het gewicht nam in 3 maanden toe met 0,69% bij patiënten die liraglutide continueerden. Het gewicht nam met 2,91% toe bij patiënten met liragtluide die switchten naar placebo (Assessment Report, 2015).

Wat is het effect op slaapapneu?

Liraglutide (3 mg/dag) verlaagt de ernst van obstructieve slaapapneu ten opzichte van placebo. Dit is gemeten met de AHI. Voorafgaand aan de studie was de AHI gemiddeld 49,2 episoden/uur. Na een behandeling van 32 weken nam het aantal episoden/uur in de groep met liraglutide af met 12,2. In de groep met placebo was de afname 6,1 episoden/uur. Het verschil tussen liraglutide en placebo is significant, maar het is onduidelijk of dit verschil klinisch relevant is. Er is voor deze uitkomstmaat geen grens voor klinische relevantie vastgesteld. De afname van de apneuklachten hangt nauw samen met het gewichtsverlies (Assessment Report, 2015).

Wat is het effect op kwaliteit van leven?

Het effect van liraglutide (3 mg/dag) op kwaliteit van leven is onvoldoende onderzocht. Bestaand onderzoek heeft de belasting van een dagelijkse injectie liraglutide niet gemeten. Het is daarom onduidelijk of liraglutide de kwaliteit van leven klinisch relevant verbetert (Assessment Report, 2015).

Veiligheid

Wat is de langetermijnveiligheid?

Er zijn een aantal zorgen over de langetermijnveiligheid:

  • Galstenen. Liraglutide leidt mogelijk tot een toename van galstenen. Daarnaast kan snelle gewichtsafname ook het risico op galstenen vergroten (SmPC, 2022).
  • Pancreatitis en pancreascarcinoom. In sommige studies is liraglutide geassocieerd met een verhoogd risico op pancreatitis en pancreascarcinoom. Bij liraglutide (3 mg/dag) komt pancreatitis bij 0,1 tot 1% van de patiënten voor (SmPC, 2022). Het EMA en de FDA concluderen dat er geen bewijs is dat GLP1-agonisten de kans op pancreatitis en pancreascarcinoom verhogen. Wel blijven ze het risico monitoren (Egan, 2014). Wil je meer weten? Lees dan de uitgebreide informatie over pancreatitis en pancreascarcinoom bij DM2.
  • Schildklieraandoeningen. In klinische studies naar liraglutide voor DM2 waren er meldingen van schildklierbijwerkingen, zoals struma. Deze meldingen kwamen vooral van patiënten met een voorgeschiedenis van schildklieraandoeningen. Klinische studies naar liraglutide voor obesitas of overgewicht toonden echter geen verhoogd risico. Het is onduidelijk of liraglutide een verhoogd risico op schildkliertumoren geeft (SmPC, 2022).
Wat zijn de belangrijkste bijwerkingen?

De meest voorkomende bijwerkingen van liraglutide (3 mg/dag) zijn gastro-intestinale bijwerkingen en hoofdpijn. Meer dan 10% van de patiënten ervaart misselijkheid, braken, diarree of obstipatie. Deze nemen meestal binnen een paar dagen of weken af. Andere gastro-intestinale bijwerkingen, zoals dyspepsie en flatulentie komen bij 1 tot 10% van de patiënten voor. Andere bijwerkingen die ook bij 1 tot 10% van de patiënten voorkomen, zijn onder andere galstenen, smaakverandering, reacties op de injectieplaats, moeheid en hypoglykemie (SmPC, 2022).

Wat zijn de belangrijkste contra-indicaties en interacties?

Liraglutide (3 mg/dag) wordt vanwege de gastro-intestinale bijwerkingen niet aanbevolen voor patiënten met IBD of diabetische gastroparese. Patiënten met (een vermoeden van) pancreatitis moeten stoppen met liraglutide (SmPC, 2022). Bij patiënten met een schildklierstoornis moeten voorschrijvers de schildklierfunctie regelmatig controleren (KNMP, 2023).

Liraglutide heeft een licht vertragend effect op de maaglediging. Er zijn echter geen klinisch relevante absorptievertragingen van gelijktijdig toegediende geneesmiddelen aangetoond (SmPC, 2022).

Wat is het advies bij verminderde nierfunctie?

Bij patiënten met verminderde nierfunctie is aanpassing van de dosering van liraglutide niet nodig (KNMP, 2023).

Richtlijnen

Welke plaats heeft liraglutide in de NHG-richtlijn?

De NHG-Standaard Obesitas (2020) doet geen uitspraak over liraglutide. Dit middel was nog niet geregistreerd voor de behandeling van obesitas toen de richtlijn verscheen. De richtlijn ontraadt medicamenteuze behandeling van obesitas of overgewicht (NHG, 2020). Inmiddels heeft het NHG een bericht geplaatst over de inzet van liraglutide bij de behandeling van obesitas (NHG, 2022).

Welke plaats heeft liraglutide in de PON-richtlijn?

De PON-richtlijn Obesitas (2023) adviseert liraglutide te overwegen als toevoeging aan een gecombineerde leefstijlinterventie bij mensen met obesitas (BMI ≥30 kg/m2) of overgewicht (BMI ≥27 kg/m2) in combinatie met een vergrote buikomvang en/of co-morbiditeit.

Kosten en vergoeding

Wat zijn de kosten?

Liraglutide kost volgens de officiële lijstprijs ongeveer € 3.000 per jaar in een onderhoudsdosering van 3 mg per dag (FK, 2023). 

Wat zijn de vergoedingsvoorwaarden?

Niet alle patiënten met obesitas of overgewicht krijgen liraglutide (Saxenda®) vergoed. De vergoeding geldt voor volwassenen zonder DM2:

  • die een door het RIVM erkende GLI volgen
  • met een BMI ≥ 35 kg/m2 met HVZ, slaapapneu of artrose of een BMI ≥ 40 kg/m2
  • die (nog) niet in aanmerking komen voor metabole chirurgie

 

De patiënt moet stoppen met de behandeling als na 3 maanden gebruik het gewicht minder dan 5% is afgenomen (VWS, 2023).

Aandachtspunten bij gebruik

Liraglutide is alleen als subcutane injectie beschikbaar. Patiënten moeten liraglutide eenmaal daags injecteren in de buik, dij of bovenarm. De toediening kan plaatsvinden op een willekeurig tijdstip en onafhankelijk van de maaltijden (SmPC, 2022).

Patiënten moeten de dosering geleidelijk opbouwen naar de onderhoudsdosering van 3 mg/dag om gastro-intestinale bijwerkingen te verminderen. Het opbouwen gaat met wekelijkse stappen van 0,6 mg. Verdraagt de patiënt de dosisverhoging 2 weken achter elkaar niet? Dan moet de voorschrijver overwegen de behandeling te staken.

Bij onvoldoende effectiviteit na 12 weken behandeling met de onderhoudsdosering van 3 mg/dag moet de patiënt liraglutide staken. Voor volwassenen geldt dat voor patiënten die minder dan 5% van hun lichaamsgewicht verliezen. Voor adolescenten geldt dat voor patiënten die minder dan 4% van de BMI-score (of BMI-z-score) verliezen (SmPC, 2022).

Gebruikt een patiënt liraglutide in combinatie met een SU-derivaat of insuline? Dan kan het nodig zijn de dosis van het SU-derivaat of insuline te verlagen. Dit verlaagt de kans op hypoglykemieën (SmPC, 2022).

Hoe lang moeten patiënten liraglutide gebruiken?

Het is niet bekend hoe lang patiënten door moeten gaan met de behandeling met liraglutide. Na staken van de behandeling neemt het lichaamsgewicht weer toe. Het is waarschijnlijk dat dit toeneemt tot hetzelfde gewicht als voor de start van de behandeling (Assessment Report, 2015).

Incidenten met nieuwe geneesmiddelen? Meld deze bij Voorkomen Medicatie-Incidenten.

Werkingsmechanisme

Liraglutide is een GLP1-agonist. GLP1-agonisten zijn analogen van het incretinehormoon GLP1. Incretinehormonen verminderen het hongergevoel en verhogen het gevoel van verzadiging. Dit leidt tot minder voedselinname, wat leidt tot gewichtsverlies. Daarnaast vertragen GLP1-agonisten de maaglediging, stimuleren de insulineafgifte en remmen de glucagonafgifte (SmPC, 2022).

Toekomstige ontwikkelingen

Contact

Laatst gewijzigd op 6 november 2024

Gerelateerd aan Liraglutide (Saxenda®)

Themajournaal

Medicijnjournaal

Factcheck

Nieuw onderzoek

Deze site maakt gebruik van cookies

Wij gebruiken cookies om informatie over het gebruik van onze website te verzamelen om de inhoud te verbeteren. Door hieronder op “accepteren“ te klikken stem je in met het plaatsen en gebruik van al onze cookies. Voor meer informatie verwijzen wij je naar ons cookiebeleid.