Medicijn

Indicatie

Insuline aspart (Fiasp®) is geregistreerd voor de behandeling van DM1 en DM2 bij kinderen (vanaf 1 jaar) en volwassenen (SmPC, 2021). Deze tekst gaat alleen over de indicatie DM2.

Fiasp® bevat net als Novorapid® insuline aspart. Aan Fiasp® is de hulpstof nicotinamide (vitamine B3) toegevoegd. Dit zorgt voor een versnelde absorptie van insuline, waardoor de werking van Fiasp® 5 minuten eerder intreedt dan van Novorapid®.

Effectiviteit

De medicamenteuze behandeling van DM2 richt zich op regulering van de bloedglucosewaarden. Het doel van de behandeling is verminderen van eventuele klachten en voorkomen of vertragen van micro- en macrovasculaire complicaties en mortaliteit (NHG, 2023).

Wat is het effect op micro- en macrovasculaire uitkomsten en mortaliteit?

Het effect van insuline aspart op micro- en macrovasculaire complicaties en mortaliteit is niet bekend (Fullerton 2018). Insuline aspart is sinds 1999 op de markt. Destijds was het niet verplicht om onderzoek te doen naar de cardiovasculaire veiligheid. Voor de registratie van Fiasp® is geen aanvullend onderzoek gedaan naar cardiovasculaire veiligheid (Assessment report, 2019).

Wat is het effect op HbA1c?

Er is bij DM2 geen significant verschil in HbA1c-daling tussen Fiasp® en Novorapid® na een behandelduur van 26 weken (Bowering 2017). De HbA1c-daling ten opzichte van baseline is 15,1 mmol/mol voor Fiasp® en 14,9 mmol/mol voor Novorapid®. Een andere studie met een behandelduur van 16 weken laat vergelijkbare resultaten zien (Lane, 2020). De versnelde absorptie leidt dus niet tot een klinisch relevant verschil in HbA1c.

Veiligheid

Wat is de langetermijnveiligheid?

Insuline aspart is sinds 1999 op de markt en voor dit middel zijn geen zorgen over de langetermijnveiligheid bekend. De hoeveelheid nicotinamide in Fiasp® is klein. Daarnaast is deze hulpstof al tientallen jaren op de markt. Voor deze hulpstof zijn geen zorgen over de langetermijnveiligheid bekend (EFSA, 2019). Verschillen in langetermijnveiligheid tussen Fiasp® en Novorapid® zijn dan ook niet te verwachten (Assessment report, 2019).

Wat zijn belangrijke bijwerkingen?

De meest voorkomende bijwerkingen van insuline aspart zijn overgevoeligheidsreacties op de injectieplaats en allergische huidreacties. Deze treden bij meer dan 1% van de patiënten op (SmPC, 2021).

Hoe vaak komen hypoglykemieën voor?

Bij meer dan 10% van de patiënten met insuline aspart treden hypoglykemieën op. Er is geen significant verschil in aantal hypoglykemieën tussen Fiasp® en Novorapid®. Hypoglykemieën kunnen door de snellere werking bij Fiasp® wel eerder optreden dan bij andere kortwerkende insulines (SmPC, 2021).

Wat zijn belangrijke interacties en contra-indicaties?

Insuline aspart heeft geen belangrijke contra-indicaties. Niet-selectieve bètablokkers kunnen de symptomen van hypoglykemie maskeren en het herstel van de glucosespiegel vertragen (SmPC, 2021). Daarnaast is er een aantal interacties dat nog niet beoordeeld is door de KNMP. Hierbij gaat het om middelen die de insulinebehoefte mogelijk verlagen, zoals ACE-remmers en sulfonamideantibiotica. Thiaziden, schildklierhormonen en glucocorticosteroïden verhogen mogelijk de insulinebehoefte (KNMP, 2023).

Richtlijnen

Het NHG doet geen uitspraak over de eventuele meerwaarde van sneller werkend insuline aspart (Fiasp®) ten opzichte van andere kortwerkende insulines (NHG, 2023).  

Het toevoegen van kortwerkende insulines is volgens de NHG-Standaard Diabetes mellitus type 2 (2023) een optie als behandeling met (middel)langwerkend insuline onvoldoende effectief is. Behandeling met mixinsuline is ook een mogelijkheid. Het NHG geeft geen voorkeur aan voor mixinsuline of toevoegen van een kortwerkende insuline (basaal-bolusregime). Bij de keuze voor het basaal-bolusregime, geeft het NHG geen voorkeur aan voor een kortwerkende insuline (NHG, 2023).   

Intensiveren van de insulinebehandeling komt in aanmerking voor zowel patiënten met als zonder zeer hoog risico op hart- en vaatziekten. Voor patiënten zonder zeer hoog risico is intensiveren van de insulinebehandeling stap 4. Voor patiënten met een zeer hoog risico is insuline een behandeloptie in stap 4 en intensiveren van de insulinebehandeling een mogelijke vervolgstap (NHG, 2023). 

Kosten en vergoeding

Wat zijn de kosten?

Insuline aspart (Fiasp®) kost jaarlijks ongeveer € 400 voor 40 E per dag. Dit is iets duurder dan Novorapid® en biosimilar insuline aspart (FK, 2024). Wilt u meer weten? Lees dan de uitgebreide informatie over kosten.

Wat zijn de vergoedingsvoorwaarden?

Insuline aspart wordt volledig vergoed (Medicijnkosten, 2024).

Insuline aspart valt onder het preferentiebeleid van sommige zorgverzekeraars. V&VN Diabeteszorg geeft hiervan een overzicht. Bij sommige zorgverzekeraars is Fiasp® uitgesloten van het preferentiebeleid.

Aandachtspunten bij gebruik

De patiënt moet insuline aspart subcutaan toedienen in de buikwand of bovenarm. Variëren van het injectiegebied en afwisselen van de injectieplaats is belangrijk om de kans op lipodystrofie te verminderen (SmPC, 2021).

Insuline aspart (Fiasp®) werkt snel, waardoor de patiënt het 0 tot 2 minuten vóór of tot maximaal 20 minuten na het begin van de maaltijd kan toedienen. Novorapid® moet de patiënt direct vóór, tijdens of direct na de maaltijd toedienen. De werking treedt bij Fiasp® 5 minuten eerder in dan bij Novorapid®. De werkingsduur van Fiasp® is korter in vergelijking met NovoRapid® en houdt 3 tot 5 uur aan (SmPC, 2021).

Bestaande gebruikers van insuline aspart omzetten van of naar Fiasp® is mogelijk op basis van eenheid op eenheid, maar moet zorgvuldig plaatsvinden. Het advies is om tijdens het omzetten en gedurende de eerste weken daarna de bloedglucosespiegel nauwgezet te controleren. Omzetting van een andere kortwerkende insuline naar Fiasp® kan ook op basis van eenheid op eenheid (SmPC, 2021).

Er is weinig bekend over het gebruik van insuline aspart (Fiasp®) bij patiënten van 75 jaar of ouder. Bij patiënten van 65 tot 75 jaar is insuline aspart (Fiasp®) veilig en werkzaam (SmPC, 2021).

Bij nieuwe insulines is het voor voorschrijvers en afleveraars belangrijk om alert te blijven op naamsverwisselingen (VMI, 2024). Incidenten met nieuwe geneesmiddelen? Meld deze bij Voorkomen Medicatie-Incidenten.

Werkingsmechanisme

Insuline verlaagt de bloedglucosespiegel door de glucoseopname in spierweefsel en vet te stimuleren. Daarnaast remt insuline de glucoseproductie (SmPC, 2021).

Fiasp® bevat net als Novorapid® insuline aspart. Aan Fiasp® is de hulpstof nicotinamide (vitamine B3) toegevoegd. Dit zorgt voor een versnelde absorptie van insuline, waardoor de werking van Fiasp® 5 minuten eerder intreedt dan van Novorapid®. Het glucoseverlagende effect tijdens de eerste 30 minuten na toediening is hierdoor hoger. Het totale glucoseverlagende effect en het maximale glucoseverlagende effect zijn vergelijkbaar tussen Fiasp® en NovoRapid® (SmPC, 2021).

Toekomstige ontwikkelingen

Geen bijzonderheden bekend.

Contact

Laatst gewijzigd op 11 april 2024

Deze site maakt gebruik van cookies

Wij gebruiken cookies om informatie over het gebruik van onze website te verzamelen om de inhoud te verbeteren. Door hieronder op “accepteren“ te klikken stem je in met het plaatsen en gebruik van al onze cookies. Voor meer informatie verwijzen wij je naar ons cookiebeleid.