MOVIE

In het kort

Deze MOVIE geeft een weergave van de veranderingen in het aantal gebruikers van SGLT2-remmers. ten opzichte van alle bloedglucoseverlagende geneesmiddelen (exclusief insuline). De veranderingen zijn uitgedrukt per tweepositie postcodegebied over de periode van 2014 tot en met 2023.

Tijdlijn

De eerste SGLT2-remmer kwam in 2013 op de markt. In de loop van de jaren zijn er meer SGLT2-remmers beschikbaar gekomen. Het gebruik van SGLT2-remmers nam na de marktintroductie geleidelijk toe, ondanks dat deze middelen destijds niet in de richtlijnen waren opgenomen. In november 2021 hebben de SGLT2-remmers een plaats gekregen in de NHG-Standaard Diabetes mellitus type 2. Een SGLT2-remmer is sindsdien de eerste behandelstap bij de behandeling van patiënten met DM2 en een zeer hoog risico op hart- en vaatziekten (NHG, 2023). Daarnaast zijn (sommige) SGLT2-remmers ook geregistreerd voor de behandeling van symptomatisch chronisch hartfalen en chronische nierschade.  

Het gebruik van SGLT2-remmers ten opzichte van andere bloedglucoseverlagende middelen is flink gestegen in de afgelopen jaren. Het landelijk gebruik is in de periode 2020 – 2023 meer dan verachtvoudigd, van 2,2% naar 18,5% van de gebruikers van bloedglucoseverlagende middelen. 

Regionale verschillen

Er is veel variatie in regio’s wat betreft het gebruik van SGLT2-remmers. In de eerste helft van 2023 lag het hoogste gebruik in Maastricht (29,9%) en Valkenburg (25,6%). Regio’s met een laag gebruik waren Leiden (12,3%) en Hilversum (14,0%). Alle regio’s lieten een groei zien ten opzichte van 2022. De relatieve groei was het grootst in de regio Sneek (135%) en het kleinst in Almelo (47,3%). 

Definities

Aantal gebruikers van SGLT2-remmers: aantal unieke inwoners met minimaal een voorschrift voor een SGLT2-remmer per half jaar per postcodegebied. 

Aantal gebruikers van bloedglucoseverlagende middelen: aantal unieke gebruikers van bloedglucoseverlagende middelen exclusief insuline per halfjaar per postcodegebied.

Bronvermelding

Voor het maken van de kaarten is gebruik gemaakt van de databank van het Genees- en hulpmiddelen Informatie Project (GIPdatabank) van Zorginstituut Nederland. Deze databank bevat informatie over het gebruik van genees- en hulpmiddelen in Nederland. Het betreft informatie over middelen die extramuraal (d.w.z. buiten instellingen als ziekenhuizen en verpleeghuizen) zijn verstrekt en vergoed op grond van de Zorgverzekeringswet. Bijna alle zorgverzekeraars stellen deze informatie ter beschikking aan de GIPdatabank. De GIPdatabank doet een kwaliteitscontrole op deze gegevens en corrigeert deze zo nodig. Hierdoor ontstaan betrouwbare en representatieve databestanden over het hulp- en geneesmiddelengebruik. Bij de ramingsmethodiek voor het voorspellen van het ontbrekende deel, houdt Zorginstituut Nederland onder andere rekening met verschillen in de leeftijds- en geslachtsopbouw van de verzekerdenpopulatie.

Contact

Meer informatie

Laatst gewijzigd op 28 oktober 2024

Deze site maakt gebruik van cookies

Wij gebruiken cookies om informatie over het gebruik van onze website te verzamelen om de inhoud te verbeteren. Door hieronder op “accepteren“ te klikken stem je in met het plaatsen en gebruik van al onze cookies. Voor meer informatie verwijzen wij je naar ons cookiebeleid.