Nieuw onderzoek
Resultaten EMPA-REG OUTCOME-studie beperkt generaliseerbaar
In het kort
De resultaten van de EMPA REG OUTCOME-studie naar SGLT-2-remmer empagliflozine zijn maar van toepassing op een klein percentage van de diabetespatiënten in de dagelijkse praktijk.
Dit nieuwsbericht is onderdeel van het dossier cardiovasculaire effecten
De resultaten van de EMPA-REG OUTCOME-studie naar natrium-glucose-cotransporter 2-remmer (SGLT-2-remmer) empagliflozine (Jardiance®) zijn maar van toepassing op een klein percentage van de diabetespatiënten in de dagelijkse praktijk. Dat blijkt uit een studie van McGovern et al.
Achtergrond
De EMPA-REG OUTCOME-studie toonde aan dat empagliflozine in vergelijking met placebo gunstige effecten heeft op cardiovasculaire uitkomsten bij patiënten met een hoog cardiovasculair risico. Als inclusiecriterium voor de EMPA-REG OUTCOME-studie gold dat patiënten een bestaande cardiovasculaire aandoening moesten hebben. Dit betrof een eerder hartinfarct of beroerte, perifeer arterieel vaatlijden of vernauwingen aan de kransslagaders (al dan niet gedotterd). McGovern et al. onderzochten in hoeverre patiënten met diabetes mellitus type 2 (DM2) die in de dagelijkse praktijk behandeld worden met SGLT-2-remmers overeenkomen met de onderzochte patiënten uit de EMPA-REG OUTCOME-studie.
Hoog cardiovasculair risico
De onderzoekers bekeken de gegevens van 60.327 volwassenen met DM2 die geregistreerd stonden in 128 verschillende huisartsenpraktijken in het Verenigd Koninkrijk. Van deze patiënten gebruikte 2,7% een SGLT-2-remmer. De patiënten met SGLT-2-remmers waren gemiddeld jonger dan de populatie in de EMPA-REG OUTCOME-studie (58,1 versus 63,1 jaar), waren vaker vrouw (41,2 versus 28,8%) en hadden een hogere body mass index (BMI) (34,0 versus 30,6 kg/m2).
Van alle patiënten met DM2 in de database voldeed slechts 15,7% aan het hoge cardiovasculaire risico dat als inclusiecriterium gold in de EMPA REG OUTCOME-studie. Van de patiënten met SGLT-2-remmers was dit 11,1%.
Discussie
De onderzoekers concluderen dat de resultaten van de EMPA-REG OUTCOME-studie maar van toepassing zijn op een klein percentage van de diabetespatiënten die zorgverleners in de dagelijkse praktijk tegenkomen. Het is niet bekend of de gunstige effecten van empagliflozine op cardiovasculaire uitkomsten ook van toepassing zijn op patiënten met een lager cardiovasculair risico. De auteurs vermelden als beperking van hun studie dat er mogelijk sprake is van een (kleine) onderschatting van het aantal patiënten met hoog cardiovasculair risico, als gevolg van incomplete vastlegging van diagnoses in de patiëntendossiers.
Belang voor de praktijk
Studieresultaten zijn vaak niet zondermeer vertaalbaar naar patiënten in de dagelijkse praktijk. Uit deze studie blijkt dat de onderzochte populatie in de EMPA-REGOUTCOME-studie een veel hoger cardiovasculair risico had dan het grootste deel van de patiënten met DM2 in het Verenigd Koninkrijk. Wat de effecten van empagliflozine zijn bij mensen met een lager uitgangsrisico is niet bekend. De beperkte generaliseerbaarheid van studieresultaten beperkt daarmee de inzet van SGLT-2-remmers.
Belangenverstrengeling
De studie is gefinancierd door AstraZeneca, de fabrikant van SGLT2-remmer dapagliflozine (Forxiga®). Diverse auteurs hebben ook geld ontvangen vanuit diverse farmaceutische bedrijven. De EMPA-REG OUCTOME-studie is gefinancierd door Boehringer Ingelheim, de fabrikant van empagliflozine.
Bron
McGovern A et al. Sodium-Glucose Co-transporter 2 (SGLT2) Inhibitor: Comparing Trial Data and Real-World Use. Diabetes Ther. 2017;8(2):365-376.
Laatst gewijzigd op 26 mei 2017